Er zijn meerdere mogelijkheden om prostaatkanker in opzet genezend te behandelen. Dat kan doormiddel van een operatie, maar ook door middel van inwendige of uitwendige bestraling. Als de tumor buiten zijn eigen kapsel groeit, of andere kenmerken heeft die de groei buiten het prostaatkapsel aannemelijk maken, is externe radiotherapie de meest aangewezen behandeling. Met externe radiotherapie kan namelijk een groter gebied rondom de prostaat behandeld worden dan met inwendige bestraling of operatie.
Ook in geval van een niet radicale operatie, ofwel het terugkomen van de tumor na een operatie op de plek waar de prostaat zat (prostaatloge), is externe bestraling ook geïndiceerd. Inwendige bestraling of een her-operatie zijn dan niet mogelijk.
De voorbereiding voor externe radiotherapie bestaat uit een CT-scan of MRI scan. Hierop worden de structuren aangegeven die juist wel en juist niet bestraald moeten worden. Vervolgens worden met computerprogramma’s (bestralingsplanningen) berekend hoe de tumor zo goed mogelijk behandeld kan worden, en het gezonde weefsel zo goed mogelijk gespaard kan worden. Daarbij wordt gebruikt gemaakt van verschillende bestralings modaliteiten, zoals bestraling vanuit verschillende hoeken, verschillende veldgroottes en vormen en verschillende bestralingssterktes per bundel. Het lukt bijna altijd om een voldoende hoge dosis in de prostaattumor te krijgen, terwijl het omringende weefsel toch voldoende gespaard wordt. Een hoge dosis aan de voorkant van de endeldarm is niet altijd te vermijden.
Omdat de prostaat iedere dag op een iets andere plek kan liggen, afhankelijk van de blaas en darmvulling, worden er voor de bestraling goudstaafjes in de prostaat gelegd. Het bestralingstoestel herkent de positie van deze staafjes en kan dus compenseren voor de beweeglijkheid van de prostaat. Deze goudstaafjes hebben zelf geen antikanker effect, maar helpen bij het vergroten van de nauwkeurigheid van de bestraling.
Externe bestraling voor prostaatkanker vindt altijd in meerdere fracties plaats. Standaard betreft dit 35 of 38 keer, maar gezien de verbetering in technieken, wordt er bestudeerd of dit ook gereduceerd kan worden naar 19x. Een aantal instituten gebruikt dit lagere aantal fracties al.
Per dag kost het instellen van de patiënt en bestralingstoestel ongeveer 10 minuten tijd. De bestraling zelf duurt maar 1-2 minuten per dag en is gevoelloos. In de tweede helft van de serie bestralingen kunnen er tijdelijke bijwerkingen ontstaan. Dit is een irritatie van de endeldarm, waardoor meer aandrang voor ontlasting ontstaat en soms slijmbijmenging. De onderkant van de blaas en de plasbuis worden ook geïrriteerd waardoor meer aandrang om te plassen en soms gevoelig. Deze bijwerkingen verdwijnen meestal restloos in 2-3 weken na de bestraling. Een blijvende bijwerking kan een verhoogde ontlastingsfrequentie zijn, soms met iets bloedbijmenging (5-10%). In de jaren na de bestraling wordt vaak een vermindering van de erectievaardigheid waargenomen. Incontintentie klachten door de bestraling komen niet voor.
De kansen op het doden van de tumor in de prostaat met externe bestraling zijn groot (80%). Als er hormoontherapie aan de bestraling wordt toegevoegd wordt het bestralingseffect verhoogd en loopt de locale tumorcontrole op tot > 95%. Dit wil niet zeggen dat al deze patiënten ook genezen zijn. Eventuele uitzaaiingen die voor de bestraling al aanwezig waren, maar te klein om op de scans te zien, kunnen gaan uitgroeien, terwijl dus de de prostaat wel genezen is van tumor.