Als we prostaatkanker willen behandelen, kan dit op meerdere manieren. De verschillende opties zullen steeds met u besproken worden, want vaak bestaat er een keuze. Een uitstekende wijze van behandelen is door middel van een operatie. Een operatie heeft als doel het kwaadaardig gezwel (de tumor) volledig chirurgisch te verwijderen en beoogt een genezende ingreep te zijn. Dat wil dus zeggen dat U na de operatie genezen bent. Als teken dat u inderdaad genezen bent, moet het PSA gehalte na de operatie tot de laagste te meten waarde (meestal 0.1) teruggaan.
Een operatie komt in aanmerking indien genezing mogelijk en zinnig is. Genezing is in principe mogelijk indien het kwaadaardig gezwel zich beperkt tot de prostaat. Er mogen dus geen uitzaaiingen zijn buiten de prostaat en het gezwel mag niet al te uitgebreid zijn. Als het gezwel te groot is en buiten de prostaat gegroeid is, is operatie alleen meestal niet afdoende. De kans wordt dan erg groot dat er na de operatie nog kwaadaardig weefsel achterblijft. Tevoren moet uw arts dus inschatten of het gezwel samen met de prostaat volledig verwijderd kan worden.
Operatie is zinnig als verwacht mag worden dat u ook echt baat heeft bij de ingreep. In het algemeen wordt gesteld dat wanneer uw levensverwachting 10 jaar of langer is, een operatie zinnig is. Is uw levensverwachting korter, bijvoorbeeld vanwege hoge leeftijd of bijkomende ziektes, die van invloed zijn op uw levensverwachting, dan is een operatie niet primair aangewezen.
Bij een operatie wordt de hele prostaat met daarin de kwaadaardige tumor volledig verwijderd. Ook worden de zaadblaasjes geheel of gedeeltelijk meegenomen. Afhankelijk van de grootte van de tumor, de gradering en de hoogte van het PSA worden ook de lymfeklieren rond de prostaat meegenomen. Heel vaak is dat niet nodig. De prostaat wordt aan de voorzijde verwijderd tot aan de sluitspier en aan de achterzijde tot aan de blaashals. Er moet dan een nieuwe verbinding gemaakt worden tussen de plasbuis en de blaas. We noemen dat een anastomose. Om deze znastomose te laten genezen is het noodzakelijk een catheter in te brengen in de blaas. Deze blijft 1 tot 2 weken zitten.
Er zijn 3 verschillende methodes om de prostaatoperatie te verrichte.
Van oudsher bestaat de open operatie. Hierbij wordt via een wond tussen navel en schaambeen de operatie bereikt en via een open chirurgische methode verwijderd. De operatie geschiedt volledig onder zicht van de chirurg.
Hierna is de laparoscopische methode ontwikkeld. Via de zogenaamde sleutelgatmethode worden er 5 holle buisjes in het lichaam gebracht en door deze buisjes worden de instrumenten ingebracht waarmee de operatie wordt verricht. Dit gebeurt onder zicht van een camera. De chirurg ziet het operatiegebied op een monitor in de operatiekamer. Hij bedient zelf de instrumenten, de camera wordt door een assistent bediend. Er is dus geen wond zoals bij de open operatie, maar 5 littekentjes van ongeveer 1 cm.
Tenslotte kan de laparoscopische operatie plaatsvinden met gebruik van een robot. We noemen dit een laparoscopische robot geassisteerde prostaatoperatie. De chirurg stuurt hierbij een robot aan die de instrumenten bedient. In plaats van dat de chirurg zelf de instrumenten bedient, bedient hij dus de robotarmen. Hij brengt zijn eigen bewegingen over op de robot, die uiteindelijk onder volledige controle van de chirurg knipt en hecht. Ook hierbij worden 5 toegangspoorten gebruikt om een goede operatie mogelijk te maken en een camera om het operatiegebied in beeld te brengen.
De drie zojuist uitgelegde manieren van opereren zijn enerzijds vergelijkbaar maar ook heel verschillend . Het eindresultaat van de operatie moet genezing zijn: u moet bevrijd zijn van het kwaadaardig gezwel en in principe genezen zijn. Alle drie de technieken (open, laparoscopisch en robotgeassisteerd) hebben hetzelfde percentage patiënten, die genezen zijn. We noemen dit: het oncologisch resultaat is gelijk. Daarom zijn alle drie de technieken in Nederland nog voorhanden. Het grote verschil zit in de winst die zowel de laparoscopische als robotgeassisteerde operatie heeft in het directe beloop na de operatie. De patiënten hebben vergeleken met de open operatietechniek met deze 2 technieken gemiddeld minder bloedverlies tijdens de operatie, minder pijn na de operatie, en een korter ziekenhuisverblijf. Voor wat betreft de meest voorkomende bijwerkingen van de operatie, zoals impotentie en incontinentie is de robot geassisteerde techniek niet slechter dan de andere twee technieken, maar gaat gepaard met aanmerkelijk hogere kosten.
We onderscheiden bij een operatie vroege en laat optredende bijwerkingen. Vroege bijwerkingen zijn het gevolg van de operatie zelf en het feit dat er altijd een complicatie kan optreden. Hiertoe rekenen wij bloedverlies tijdens de operatie, pijn na de operatie en infecties van bijvoorbeeld de blaas of de operatiewond. De gevolgen van de operatie hebben verder te maken met het feit dat de prostaat verwijderd is. We zagen al eerder dat de prostaat vlak bij de sluitspier ligt en daarom kan het gevolg zijn dat het ophouden van de urine een probleem wordt en er incontinentie ontstaat. Met name kort na het verwijderen van de catheter is incontinentie een veel voorkomend probleem, dat gelukkig in de overgrote meerderheid van de patiënten snel afneemt en weer verdwijnt. Een goede functie van de bekkenbodemspieren en eventueel bekkenbodemtraining is essentieel om de periode van urineverlies zo kort mogelijk te houden. Uiteindelijk heeft een van de 10 mannen blijvende problemen met het volledig ophouden van de urine. Een ander gevolg van de operatie kan het verlies van potentie inhouden. We spreken van impotentie: het onvermogen om een goede erectie van de penis te krijgen. De zenuwen die verantwoordelijk zijn voor het kunnen verkrijgen van een erectie lopen namelijk vlak op de prostaatkapsel en kunnen tijdens de operatie gemakkelijk beschadigd worden. Een op de 2 tot 3 mannen krijgt als gevolg hiervan met impotentie te maken. De chirurgische techniek wordt steeds verder verbeterd en heeft tot doel de zenuwen tijdens de operatie te sparen. Deze zenuwsparende techniek heeft geleid tot meer patiënten die hun potentie blijven behouden. Van belang is verder te realiseren dat na een prostaatverwijdering een orgasme nog wel degelijk mogelijk is, maar natuurlijk geen zaadlozing meer kan plaatsvinden.
Ps het lijkt mij zinnig de tekst te illustreren met gebruikmaking van een model, waarin getoond kan worden waar de sphincter en blaashals zitten, de zaadblaasjes, waar de anastomose zit en waar de neurovasculaire bundel zit.